Help, mijn kind is 4!
TEKST Ferris ter Meer
BEELD Keira Burton | Monstera Production
PUBLICATIE 18-08-2025 | 00:00
Zo ga je om met koppigheid en “nee”
Ah, de magische leeftijd van vier! Het is alsof je kleine spruit een cursus "Hoe word ik een mini-tiener" heeft gevolgd. Rond deze leeftijd ontdekken kinderen hun eigen wil en onafhankelijkheid. Dit kan zich uiten in het constant “nee” zeggen, grilligheid in eten en wisselende emoties. Maar geen zorgen, we hebben praktische opvoedtips die je kunnen helpen deze fase met een glimlach te doorstaan.
1. Omgaan met het constante “nee”
Blijf rustig en consequent
Het is verleidelijk om in de tegenaanval te gaan wanneer je kind voor de honderdste keer “nee” zegt. Maar onthoud, kalmte is je superkracht. Als jij rustig blijft, geef je je kind minder reden om te blijven protesteren. Boos worden versterkt vaak alleen maar het verzet. Adem in, adem uit, en blijf consequent.
Geef keuzes
Kinderen willen zich graag autonoom voelen. Door keuzes te geven, kun je je kind het gevoel van controle geven, terwijl jij de touwtjes in handen houdt. Vraag bijvoorbeeld: “Wil je de rode of de blauwe beker?” Zo voelt je kind dat het invloed heeft, maar binnen de kaders die jij stelt.
Beperk het aantal opties
Te veel keuze kan overweldigend zijn, zelfs voor volwassenen. Stel je voor hoe dat voor een vierjarige moet zijn! Beperk het aantal opties om te voorkomen dat je kind in een “nee”-spiraal terechtkomt. Twee of drie keuzes zijn vaak meer dan genoeg.
2. Eten: gisteren lekker, vandaag vies
Normaal gedrag
Als je kleuter de ene dag dol is op broccoli en de volgende dag doet alsof het giftig is, ben je niet de enige. Dit grillige eetgedrag is volkomen normaal. Het maakt deel uit van hun ontdekkingsreis naar smaken en grenzen.
Blijf aanbieden, zonder druk
Blijf verschillende voedingsmiddelen aanbieden, maar doe dit zonder druk. Kleine porties zijn prima. Soms moet je een bepaald gerecht meerdere keren aanbieden voordat het weer “lekker” wordt. Geduld is hier de sleutel.
Maak het leuk
Betrek je kind bij het koken of het versieren van het eten. Laat ze een gezichtje maken van groenten of fruit. Dit maakt de maaltijd niet alleen leuker, maar vergroot ook de kans dat ze het willen proberen.
Geef het goede voorbeeld
Kinderen leren door te observeren. Laat zien dat jij geniet van je eten. Samen eten kan een geweldige manier zijn om je kind te laten zien dat broccoli echt niet zo slecht is als het lijkt.
3. Algemeen opvoedhandvat
Routine en voorspelbaarheid
Kinderen van vier gedijen goed bij vaste patronen. Het geeft hun leven structuur en rust. Probeer een dagelijkse routine te creëren die je kind kan volgen. Dit helpt bij het verminderen van stress en onzekerheid.
Complimenten en positieve aandacht
Positieve aandacht kan wonderen doen. Beloon goed gedrag met complimenten en aandacht. Hierdoor krijgt negatief gedrag minder “kracht” en zal je kind eerder geneigd zijn om gewenst gedrag te herhalen.
Stel duidelijke grenzen
Kinderen hebben grenzen nodig om zich veilig te voelen. Leg kort en duidelijk uit wat wel en niet mag. Herhalen werkt vaak beter dan lange discussies. Een simpele “We rennen niet in de supermarkt” kan al voldoende zijn.
Belangrijk om te onthouden: je kind test nu vooral grenzen en zoekt zelfstandigheid. Dat is een normale ontwikkelingsfase. Het is soms vermoeiend, maar het legt de basis voor zelfvertrouwen en eigenheid later. Dus, houd vol en vergeet niet af en toe te lachen om de absurde momenten die deze fase met zich meebrengt.
